Staties kunstwerken van Jac. Maris en Els Tervoort
Walter Jacques (roepnaam Jac.) Maris was geboren in Maagdenburg op 21 februari 1900 en overleed te Groesbeek op 5 april 1996. Hij was een zoon van Jacob Maris (1876-1947) en Ida L. Wittkowsky (1878-1951) en stamt uit een kunstenaarsfamilie. Zijn opa Jacob en zijn oud- ooms Willem Maris en Matthijs Maris waren beiden kunstschilder. Maris trouwde met Wilhelmina Elisabeth Vermeer (1902-1999), welk huwelijk bleef kinderloos.
Vanaf 1914 ontving hij zijn beeldhouwopleiding bij de beeldhouwer Achilles Moortgat in Kleef, waar de familie Maris toen woonde. In 1917 verhuisde de familie naar Nijmegen en Jac. bezocht de kunstacademie in Dusseldorf. Ook bezocht hij België en Engeland. Hij vestigde zich in 1926 aan de Looistraat in Heumen. Aanvankelijk was hier slechts zijn atelier, doch na de Tweede Wereldoorlog werd er een woonkamer aangebouwd. In het atelier is thans een museum gevestigd, het Ateliermuseum Jac Maris, waar een collectie werken uit de periode 1915 tot 1994 wordt tentoongesteld.
De catalogus van de museumcollectie beeldhouwwerk en plastiek bevat 233 werken in steen, brons, metaal, keramiek. Een catalogus van de meer dan driehonderd tekeningen en schilderijen van Jac Maris is in voorbereiding. Naast de permanente expositie van het werk van Maris vinden in het museum ook wisselexposities plaats.
Maris creëerde werken in hout, keramiek, kunst- en natuursteen. Hij maakte talloze religieuze werken (o.a. de tombe van het Bruurke van Megen, kruiswegstaties in Bergharen en in het processiepark bij de Bonifatiuskapel te Dokkum) dankzij zijn vele contacten in het katholieke milieu. Na de oorlog kreeg hij, als oud-verzetsman, opdracht voor diverse oorlogsmonumenten in onder andere Oosterbeek (het Airborne Monument), Nijmegen (Oorlogsmonument op Plein 1944 en Gedenksteen Jan van Hoof aan de Waalbrug), Heumen, Druten en Bergharen.Over het oorlogsverleden van Maris zelf, waarover verschillende verhalen de ronde doen, verscheen in 2018 een onderzoek van de hand van de conservator van het Ateliermuseum Jac Maris. Het onderzoek toont aan, dat van een 'fout' oorlogsverleden van Maris geen sprake is geweest.
V: In de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest.
A: Amen.
Geloofsbelijdenis
Ik geloof in God de almachtige Vader, Schepper van hemel en aarde, en in Jezus Christus, Zijn enige Zoon, onze Heer.
Die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria,
Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en begraven.
Die nedergedaald is ter helle, de derde dag verrezen uit de doden, die opgestegen is ten hemel, zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader.
Van daar zal Hij komen oordelen de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest, de heilige katholieke Kerk, de gemeenschap van de heiligen, de vergeving van de zonden, de verrijzenis van het lichaam en het eeuwig leven.
Amen.
Gezang: Stabat mater dolorosa
Naast het kruis met schreiend'ogen stond de moeder diep bewogen daar haar Zoon te sterven hing.
O, hoe groot was hare smarte toen haar door het moederharte 't scherpe zwaard der droefheid ging.
O, hoe droef, hoe vol van rouwe was die zegenrijke vrouwe, moeder van Gods een'ge Zoon.
Eerste Statie JEZUS WORDT TER DOOD VEROORDEELD
Pilatus sprak tot de opperpriesters en de menigte: “Zie, ik heb deze man in uw bijzijn verhoord en Hem aan niets schuldig bevonden van al hetgeen gij Hem ten laste legt.”
Toen stelde Pilatus hun Barabbas in vrijheid.
Maar Jezus liet hij geselen en leverde Hem over om gekruisigd te worden.
Ze hebben het als een gunst verzocht, dat een moordenaar genade ontving, maar hun leidsman ten leven hebben ze gedood.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Vele mensen worden ook vandaag de dag onschuldig veroordeeld, zonder vorm van proces. En vaak staan wij ook zelf met een oordeel klaar.
Er is zoveel verdriet omdat mensen hun mond niet mogen opendoen en hun hart niet mogen laten spreken.
A: Wij bidden voor de mens die omwille van de gerechtigheid moet lijden, voor de mens die argeloos en kwetsbaar de machtigen weerstaat, voor de mens die overeind blijft in zijn lijden.
Heer Jezus, bescherm de weerloze mens.
Ach hoe streed zij, ach hoe kreet zij, en wat folteringen leed zij bij 't aanschouwen van die hoon.
Onze Vader / Wees gegroet
Tweede Statie: JEZUS NEEMT HET KRUIS OP ZIJN SCHOUDERS
Ze namen Jezus dan en voerden Hem weg. Zelf droeg Hij zijn kruis. Zo trok Hij naar buiten, naar Calvarië. Vrijwillig, tot op het laatst wil hij staan voor zijn boodschap, wat het ook kost.
Het was duidelijk dat alle macht zich tegen Hem zou keren. Dat aartsvijanden zelfs gingen samenspannen om Hem uit de weg te ruimen. Hij moest naar Jeruzalem om schijnheiligheid en onrecht aan het licht te brengen. Hij wist wat Hem te wachten stond.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Er zijn vele mensen die in allerlei vorm een zwaar kruis te dragen hebben. Die geen aanzien hebben, geen leven.
A: Wij bidden voor de mens die bereid is zijn kruis te dragen. Die niet wegloopt wanneer het moeilijk wordt. Voor de mens die niet gekend en niet bemind wordt. Voor de mens die vastzit, gemarteld wordt vanwege godsdienst of politiek.
Heer Jezus, toon hen uw lichtend gelaat.
Wie, die hier niet schreien zoude, die het grievend leed aanschouwde, dat Maria's ziel verscheurt?
Onze Vader / Wees gegroet
Derde Statie: JEZUS VALT VOOR DE EERSTE MAAL ONDER HET KRUIS
Het kruis was te zwaar. Soms vergeten we wie Hij was: een mens zoals wij. Hij is bedroefd geweest, angstig. Hij heeft gebeden dat het niet hoefde; dat die beker aan Hem voorbij mocht gaan. Het bange zweet is Hem uitgebroken. Nu is Hij onderweg, door zijn vrienden verloochend, door een van hen verraden, door allen in de steek gelaten. Vooruit geschreeuwd door hen voor wie kruisigen dagelijks werk is. Het is te veel, te zwaar.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Het leven kan zwaar zijn, onmogelijk alleen te dragen. Het verdriet is een mens teveel. Men kan er dan niet tegenop. Inrichtingen raken vol van overspannen mensen. Soms is het oordeel van andere mensen nieuw verdriet.
A: Wij bidden voor de mens die dodelijk angstig is, die wacht op de uitslag van de dokter, voor de mens die ligt te wachten op een operatie, voor de mens die bang is voor de toekomst, voor de mens die bezwijkt onder het lijden.
Heer Jezus, mogen zij in de diepte van hun eenzaamheid U ontmoeten.
Wie kan zonder mee te wenen
Christus' moeder horen stenen,
daar zij met haar Zoon hier treurt?
Onze Vader / Wees gegroet
Vierde Statie: JEZUS ONTMOET ZIJN BEDROEFDE MOEDER
Maria staat langs de weg. Moeder van een ter dood veroordeelde, die naar zijn terechtstelling onderweg is. Haar zoon is haar ontnomen, verbeurd verklaard, naar een eerloos einde onderweg. Haar droefheid is een andere dan toen ze zei: “Mijn kind, waarom heb je ons dit aangedaan?” Simeon in de tempel had het al gezegd: “Deze is bestemd tot val en opstanding van velen in Israël en tot een teken van tegenspraak. En een zwaard zal ook uw eigen ziel doorboren.”
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Zoveel mensen worden door anderen niet begrepen, zelfs niet door de meest nabije, man, vrouw of kinderen. Er zijn veel mensen die lijden om hun kinderen.
A: Wij bidden voor de mens die zijn eigen weg gaat en breekt met huis en haard; voor de mens die pijn heeft om of van zijn of haar kind; voor de mens die toch in de buurt wil blijven, ondanks machteloosheid of geen raad meer weten.
Heer Jezus, verlies hen niet uit het oog en uit het hart.
Voor de zonden van de Zijnen
zag zij Jezus zo in pijnen
en in wrede geselstraf.
Onze Vader / Wees gegroet
Vijfde Statie: SIMON VAN CYRENE HELPT JEZUS HET KRUIS DRAGEN.
Simon uit Cyrene komt van zijn werk op het veld terug naar huis. De soldaten dwingen hem om het kruis te helpen dragen, want Jezus kan niet meer. Simon doet het niet graag; het kruis is zwaar, hij is moe en zo’n kruis is een teken van schande. De vrienden van Jezus zijn er niet. Op weg naar het einde ziet Jezus geen vertrouwde gezichten. Een vreemde moet Hem helpen.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Zo velen kunnen het niet en moeten geholpen worden. Misschien zijn wij het wel, die geholpen moeten worden; misschien zijn wij het wel, die moeten helpen.
A: Wij bidden voor de mens die alleen moet lijden, zonder familie, zonder vrienden; voor de mens die verloren loopt; voor de mens die zomaar oploopt tegen ongeluk en nood en gaat helpen; voor de mens, die opzoekt wie alleen is komen staan.
Heer Jezus, laat ons het leed van anderen niet ontvluchten.
Zij zag hare Zoon zo lijden
heel alleen de doodskamp strijden,
tot Hij zijnen Geest hergaf.
Onze Vader / Wees gegroet
Zesde Statie: VERONICA DROOGT HET GEZICHT VAN JEZUS
Een vrouw droogde de tranen van zijn gezicht. Zij is zo’n mens die nood ziet en helpt; die troost wie lijdt; wonden heelt en pijn verzacht; vuil wegveegt uit het gezicht van Jezus. Zij is zo iemand die doet wat gedaan moet worden, zo vanzelfsprekend. Niets kan haar daarvan weerhouden. Zij ziet haar taak en gaat haar gang. Verfrissing, verlichting geven. Een goed mens, een onbekende, nooit ergens vernoemd.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Er zijn veel mensen die het niet meer zien, omdat hun ogen vol tranen zijn door een groot leed, We zien het gelaat van Jezus in deze mensen. We zien het ook in het grote leger van geknechte en uitgebuite mensen. Het besmeurde en getekende gelaat van Jezus in deze mensen is niet gemakkelijk af te drogen. Wij worstelen met de vraag: Hoe kunnen wij Veronica zijn? Hoe hanteren wij die doek?
A: Wij bidden voor de mens die pijn verzacht, wonden heelt door er te zijn. Die weer uitzicht geeft in donker lijden. Dat wij die mensen mogen zijn.
Heer Jezus, geef kracht aan onze handen.
Geef, o moeder, bron van liefde,
dat ik voelde wat u griefde,
dat ik met u medeklaag!
Onze Vader / Wees gegroet
Zevende Statie: JEZUS VALT VOOR DE TWEEDE MAAL ONDER HET KRUIS
Zijn hele leven was Hij onderweg. Het evangelie is een reisverhaal. Gelopen van dorp naar dorp, van stad naar stad; tot over de grenzen van het land. Op reis is Hij geboren, ver van huis en geen onderdak. Als jongen liep Hij al naar Jeruzalem en vond het huis van zijn Vader. Geen steen om zijn hoofd op te leggen. Het ging allemaal. Maar nu, op deze laatste voettocht, kan Hij niet meer. Hij valt weer.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Mensen struikelen en vallen zo vaak rondom ons heen. Soms dringt het pas laat tot ons door. We raken er gewoon aan gewend, we staan er niet meer bij stil. Er zijn mensen die op mensen wachten. Ze kunnen niet alleen verder.
A: We bidden voor de mens die wil en werkt en toch vastloopt; voor de mens die bouwt aan een goede gemeenschap en onbegrip, onwil en tegenwerking ontmoet; voor de mens die bouwt aan een wereld van vrede en gerechtigheid, maar die ten val wordt gebracht.
Heer Jezus, ontferm U over hen allen.
Dat mij 't hart ontgloei' van binnen
in mijn God en Heer te minnen
dat ik Hem alleen behaag.
Onze Vader / Wees gegroet
Achtste Statie: JEZUS TROOST DE BEDROEFDE MOEDERS VAN JERUZALEM
Een grote volksmenigte volgde Hem, ook veel vrouwen die zich op de borst sloegen en over Hem weenden. Ontmoeten is meer dan tegenkomen. Ontmoeten is dat iemand je in de ogen ziet en begrijpt en zijn hart met je deelt. De vrouwen staan langs de weg en huilen. Jezus keerde zich naar hen toe en sprak: “Dochters van Jeruzalem, weent niet over Mij, maar weent over uzelf en over uw kinderen.”
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Weent over uzelf en over uw kinderen. Het gebeurt steeds weer. Miljoenen onschuldige vrouwen en kinderen, slachtoffer van oorlog en geweld, van egoïsme en corruptie, van falend beleid. Op de vlucht gedreven strompelen zij voort. Met op de schouders het weinige dat ze nog konden redden.
A: Wij bidden voor de mens die weerloos is en zwak; voor de slachtoffers van oorlog en geweld; voor de vluchtelingen.
Heer Jezus, geef hen uw volharding en moed.
Heil'ge moeder, wil mij horen,
met de wonden mij doorboren,
die Hij aan het kruishout leed.
Onze Vader / Wees gegroet
Negende Statie: JEZUS VALT VOOR DE DERDE MAAL ONDER HET KRUIS
In het zicht van de Calvarieberg valt Hij weer. Geslagen, verworpen, schuldig bevonden, godslasteraar genoemd. Daarmee beladen gaat Hij zijn laatste gang en draagt de lasten en kwalen van de mensen op zijn schouder. Hij valt weer. Die het zien gebeuren, lachen en denken: zijn weg loopt dood.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Je kunt denken: nu ben ik er door heen. Ineens groeit iets je boven het hoofd; niet te overzien. Je ziet er als een berg tegenop. Bodemloos is het verdriet en de pijn waarin je je dan bevindt.
A: Wij bidden voor de mens die overspoeld wordt met tegenslagen en moeilijkheden. Voor de mens die zonder op het verleden te letten hulp biedt. Voor de mens die direct klaarstaat.
Heer Jezus, geef hen allen kracht.
Ach, dat ik die pijn gevoelde,
die uw lieve Zoon doorwoelde,
toen Hij stervend voor mij streed.
Onze Vader / Wees gegroet
Tiende Statie: JEZUS WORDT VAN ZIJN KLEREN BEROOFD
Elke bescherming wordt nu afgepakt. Het kleed waaraan mensen Hem vastpakten om hulp. Het kleed dat Hij aflegde om als dienaar zijn leerlingen de voeten te wassen. Het kleed met liefde uit één stuk geweven. De soldaten dobbelen er om. Hij is ontluisterd. Alles hebben ze hem ontnomen. Is die naakte, geslagen man, is die nu de Messias?
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Vele mensen zijn ontdaan van alle menselijke waardigheid. Mensen die een nummer zijn geworden in het leger der naamlozen; die niets om het lijf hebben.
A: Wij bidden voor de mens die het zonder bescherming moet doen; zonder bescherming van huis en haard; zonder bescherming van recht; voor de mens die bloot staat aan weer en win d, aan spot, roddel en gemeenheid.
Heer Jezus, bekleed hen allen met uw barmhartigheid.
Laat mij al mijn levensdagen
over Jezus' lijden klagen,
delen in Zijn bitt're smart
Onze Vader / Wees gegroet
Elfde Statie: JEZUS WORDT AAN HET KRUIS GENAGELD
Het was het derde uur toen ze Hem kruisigden. Met Hem kruisigden ze twee rovers; een aan zijn rechter- en een aan zijn linkerhand. Toen werd de Schrift vervuld die zegt: “En onder booswichten werd Hij gerekend.” Hij weigert pijnstillers en verdoving. Vogelvrij is Hij voor elke grofheid. Hij hoort alles wat er gezegd wordt. “Wie in drie dagen de tempel kan opbouwen, moet zichzelf kunnen redden.” Ondanks alles zegt Hij: “Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.”
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Er zijn veel mensen vastgenageld: aan het verleden, aan verslaving, aan vermeende zekerheden, aan eigen gelijk, aan dierbare mensen die men los moet laten door de dood.
A: Voor de mens bidden wij die worstelt met zijn vastgenageld zijn; voor de mens die met waardigheid wil sterven; voor de mens die bewust en met overgave afscheid wil nemen; voor de mens die zichzelf niet wil redden, zichzelf niet kan redden.
Heer Jezus, verlos hen allen.
Met u onder 't kruis te wenen,
met uw rouwe mij verenen,
dat verlangt mijn zuchtend hart.
Onze Vader / Wees gegroet
Twaalfde Statie: JEZUS STERFT AAN HET KRUIS
Het kruis was niet van Hem afgenomen, zoals Hij had gebeden. Hij heeft de kelk van bitter leed tot de bodem toe gedronken. De beker is nu leeg. Een gebed, een klacht: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?”
Toen riep Jezus met luide stem: “Vader, in Uw handen beveel ik mijn geest.” Na deze woorden boog Hij het hoofd en gaf de geest. Overgave, teruggave. Het is volbracht.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Er zijn veel mensen die zich verlaten voelen, op momenten dat zij een ander nodig hebben. Die vertwijfeld roepen: “Waar is God nu?” De mensheid groeit langs het kruis van onvoorstelbare moeilijkheden naar een nieuwe sfeer van leven.
We kunnen blijven vertrouwen. We mogen het wagen ons over te geven aan God.
A: Wij bidden voor de mens die sterft; voor de mens die tot het einde twijfelt, niet weet wat er komen gaat, die tot op het einde vraagt of God er zal zijn aan de overkant van het leven; voor de mens die terug geeft wat hij ontvangen heeft.
Heer Jezus, schenk hen allen uw geest.
Maagd der maagden, nooit volprezen,
wil voor mij niet bitter wezen,
laat mij treuren aan uw zij.
Onze Vader / Wees gegroet
Dertiende Statie: JEZUS WORDT VAN HET KRUIS GENOMEN
Toen het avond was geworden, kwam een rijk man, een zekere Jozef van Arimatea, lid van de Hoge Raad, die zich ook als leerling bij Jezus had aangesloten. Hij was naar Pilatus gegaan en had om het lichaam van Jezus gevraagd. Zeker van Zijn dood gaf Pilatus toestemming Zijn lichaam van het kruis te nemen.
Het lichaam van Jezus werd in de schoot van Zijn moeder gelegd. Lang geleden had zij haar eerstgeborene in haar armen gehouden. Nu sluit ze Zijn ogen, omdat Zijn menselijk leven is voltooid.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Er zijn mensen die roemloos en uitgestoten ten onder gaan. Weggegooid als vuilnis. Waar niet naar wordt omgekeken.
A: Wij bidden voor deze mensen en voor de mens, die doden verzorgt; voor de mens die anderen niet vergeet, ook al zijn ze gestorven; voor de mens die ouders en grootouders in herinnering houden.
Heer Jezus, laat uw Geest niet sterven in hen.
Maak, dat ik in 't hart mag dragen Christus' dood en kroon en slagen, laat mij sterven zoals Hij.
Onze Vader / Wees gegroet
Veertiende Statie: JEZUS WORDT IN HET GRAF GELEGD
Nabij de plaats waar Hij gekruisigd werd, lag een tuin en in die tuin een nieuw graf. Nicodemus, een andere leider van het volk die Jezus alleen ’s nachts durfde opzoeken, wikkelde het lichaam van Jezus met welriekende kruiden in zwachtels, zoals dat bij een Joodse begrafenis gebruikelijk is. Vanwege de voorbereidingsdag van de Joden op het Paasfeest werd Jezus in dat graf gelegd. Maria Magdalena en de andere Maria zagen toe waar Hij werd neergelegd.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Hij heeft zich vernederd door gehoorzaam te worden tot de dood, ja, tot de dood aan het kruis. Jezus bleef trouw tot het uiterste en God bleef Hem trouw tot het uiterste.
A: Wij bidden voor de mens die geen vertrouwen heeft in de boodschap die Jezus onder ons heeft gebracht; voor de mens die geen geloof heeft in een leven na de dood.
Heer Jezus, geef hen die gelovige zekerheid.
Laat mij, in Zijn kruis verslonden,
laat Zijn wonden mij doorwonden
om de liefde van uw Zoon.
Onze Vader / Wees gegroet
Vijftiende Statie: JEZUS WORDT UIT DE DODEN OPGEWEKT.
De vrouwen vinden een leeg graf. Jezus is waarlijk opgestaan. Thomas kan zijn hand in de open zijde leggen. In Zijn overwinning op de dood openbaart zich de levende God.
V: Wij aanbidden U, Christus, en loven U.
A: Omdat Gij door Uw heilig Kruis de wereld verlost hebt.
V: Hij heeft de dood overwonnen en neemt ons als kinderen van Zijn Vader aan. De overwinning van Zijn koninkrijk is begonnen. Daarom heeft God Hem verheven en naam gegeven hoog boven alle namen. Opdat in Zijn naam iedere knie zich zou buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde. En iedere tong zou belijden dat Jezus de Heer is.
A: Wij bidden voor onszelf en voor alle mensen. Dat we getroost en gesterkt mogen worden door te weten dat God in Jezus solidair is met ons. Ons leven van verdriet, lijden en dood heeft Hij ondergaan om ons te laten weten: Zijn lijdensweg, de kruisweg, is geen weg die doodloopt.
Moge mij uw beë verschaffen,
dat de vlammen mij niet straffen
in het oordeel voor Gods troon.
Christus, laat het uur van scheiden,
moog' Uw moeder mij dan leiden
tot de palm en zegeprijs.
Als mijn lichaam eens zal sterven,
doe mijn ziel de glorie erven
van het Hemels Paradijs.
Onze Vader / Wees gegroet
Kruisteken
V: In de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest.